Mijn moeder was jarig, maar door het werk dacht ik er pas drie dagen later aan. In plaats van te bellen en mijn excuses aan te bieden, besloot ik persoonlijk naar haar dorp te gaan om haar te feliciteren. Ik kocht een groot boeket bloemen en besloot geld te geven in plaats van een cadeau.
Maar toen ik bij haar huis aankwam, was er niemand. Ik klopte lang, maar mijn moeder deed niet open. Haar telefoon stond uit. De vreselijkste gedachten schoten door mijn hoofd. Wat als ik haar nooit meer zie? Wat ben ik voor zoon als ik mijn eigen moeder niet eens kan bellen?
— Hé, wat doe jij hier? — hoorde ik plotseling een heel bekende stem achter me.
Vervolg in de eerste reactie 👇👇
Mijn moeder betekende alles voor mij. Toen ik met mijn geliefde trouwde, gaf ze ons een groot geldbedrag — ze verkocht haar stuk grond en gaf ons haar spaargeld. Daardoor konden we een appartement kopen in een buitenwijk van Kiev.
Daarna raakte ik verstrikt in werk. Zaken, rekeningen, klanten. Op een dag had ik niet eens door dat haar verjaardag voorbij was gegaan. Pas drie dagen later besefte ik het en ik schreeuwde van frustratie.
Ik vertrok meteen zoals ik was — kocht een enorme bos bloemen, stopte geld in een envelop en ging.
Maar het huis was donker. Ik belde aan, klopte, stond op het punt de deur in te trappen.
— Zoon, wat doe jij hier? — hoorde ik ineens achter me.
Ik draaide me om — daar stond mijn moeder met een boodschappentas waar een brood uit stak.
— Mam! Ik belde je, maar je nam niet op!
— Oh, ik heb mijn telefoon in de put laten vallen, — zei ze luchtig. — Ik heb hem laten repareren… maar waar heb ik dat ding eigenlijk voor nodig?
— Mam, ik… ik was je verjaardag vergeten.
Ze glimlachte.
— Het belangrijkste is dat je er nu bent. Kom binnen, ik heb taart, we zetten thee.
Ze zei geen enkel verwijtend woord, vroeg niet waarom ik het me zo laat pas herinnerde. Ze schonk gewoon thee in, vroeg naar mijn vrouw, mijn werk, mijn leven.
Ik stopte stiekem de envelop met geld in haar tas toen ze niet keek.
Toen ik vertrok, zwaaide ze vanaf de veranda, en ineens begreep ik – alles wat ik heb, rust op haar schouders.
En ik beloofde mezelf: vanaf nu mogen haar schouders rusten.