Mijn dochter beviel van een zoontje. De vreugde was enorm. Maar die vreugde werd al snel vervangen door zorgen: haar baan is serieus en verantwoordelijk, en ze had gewoon geen tijd voor een volledige moederschapsverlof.
Natuurlijk kon ik de baby niet alleen laten – ik nam met liefde alles op me. Elke dag om stipt 8 uur ’s ochtends kwam ik bij haar thuis en bleef tot 6 uur ’s avonds. Ik waste, voedde, wiegde, deed de was, streek en wandelde met de baby.
Maar alles veranderde in één moment.
Op een dag, moe na een wandeling, opende ik de koelkast om iets te eten – ik pakte wat kaas en een appel. Plotseling hoorde ik mijn dochter zeggen:
— Je mag niets uit de koelkast nemen. Wij kopen dat eten van ons eigen geld.
Ik was met stomheid geslagen.
— Maar… ik ben de hele dag bij jullie. Wat moet ik dan eten?
— Koop je eigen eten en neem het mee. Dit is geen café, – zei ze kil en liep weg.
Toen begreep ik dat ik een ondankbare dochter had opgevoed en besloot haar een lesje te leren. Ik hoop dat ik het juiste heb gedaan… Ik vertel mijn verhaal onder de foto en hoop op jullie steun 👇👇
Op dat moment, met de appel in mijn hand, realiseerde ik me hoe egoïstisch en kil ze geworden was. Waar had ik een fout gemaakt? Ik heb mijn ziel in haar gestoken, haar gesteund, geholpen, ik was er altijd – en in ruil kreeg ik ondankbaarheid en afstandelijkheid.
De volgende dag kwam ik niet. Ik belde haar om 8 uur ’s ochtends:
— Lieve schat, je zult een oppas moeten vinden. Ik kan niet meer komen. Ik ben te oud om me een vreemde te voelen in een huis waar ooit liefde woonde.
Ze was in shock. Ze schreeuwde, gaf me de schuld, maar ik was niet langer van plan het haar makkelijk te maken. Ik hou nog steeds met heel mijn hart van mijn kleinzoon.
Maar ik laat me niet langer behandelen als huishoudhulp. Ik ben geen oppas. Ik ben een moeder. Ik ben een grootmoeder. En ik verdien respect.